Terug

Jouw nieuwe ik – Mirjam van der Vegt

27-06-2022

Daar ben je dan, in het land van rouw. Een land waar de aarde nog onbewerkt lijkt – droge grond. Je wandelt over de open vlakte en voelt je alleen. Het is een vermoeiende reis waarin er vanuit verschillend windrichtingen stemmen klinken.

‘Kom terug,’ klinkt de stem uit het verleden. ‘Ga je normale dingen weer doen en ontvang je oude leven terug. Neem een spuitje of een pilletje en je zult je pijn of de depressie vergeten.’ Je weet helemaal niet of je wel terug wilt naar dat land van vroeger.

De zuidenwind roept dat je niet meer zo bent als vroeger. ‘In één sessie vertel ik je waar je nu staat en breng ik je op een nieuw spoor.’ Er staat een rits aan psychologen te wuiven – bij sommige van hen staat een wachtrij, waar je zou kunnen aansluiten, het leed van anderen bekijkend om de tijd te doden. Maar je weet uit het wirwar van aanbod niet te kiezen en ook vraag je je af of je woorden kunt vinden om aan die mensen uit te leggen wat er speelt. Dus loop je door.

De westenwind streelt zacht door je haren. Ze fluistert oude vertrouwde geestelijke liederen die voelen als een streling. Wanneer je probeert ze mee te zingen, klinken de melodieën niet meer zo als die eerste keren, toen je er nog van in vervoering raakte.

De oostenwind brengt geuren van vergeten zomers waarin het zand tussen je tenen zat en je na een duik in zee zorgeloos kon genieten van het slenteren door pittoreske straatjes. Je was verrukt over alles, maar nu je de beelden en geuren terugziet, komen ze niet meer binnen. ‘Ga op vakantie,’ zegt de oostenwind, maar je zou niet weten hoe je je koffer moet pakken.

De noordenwind nodigt je uit om de reis voluit aan te gaan. ‘Schuw de pijn niet en ga er dwars doorheen. Laat de wereld wat hij is, en voel wat er te voelen valt.’ Maar de wind is guur en je vraagt je af of daar mensen zullen zijn en of je jas warm genoeg is voor de kou die daar zal zijn.

Alle winden hebben vast iets zinnigs te zeggen, maar het lukt je niet te kiezen, want je energie gaat al op aan de meest eenvoudige dingen, zoals opstaan, je tanden poetsen en nog meer van die dingen die vroeger heel normaal leken. Dus ga je liggen op de droge grond.

Boven je hoofd dansen de vier winden met elkaar en je kijkt ernaar totdat de storm gaat liggen. Wat overblijft is het licht. Je ligt daar een eindeloze tijd en het lijkt alsof je wortel schiet op die plek. De hele wereld raast maar voort en jij doet niks zinnigs met je leven, behalve wortel schieten in de kale vlakte. Er komen zachte regens. Heel af en toe een hand die je streelt, een kind dat zich naar je voorover buigt. Het wordt dag en het wordt nacht en de wolken glijden voorbij in grillige, zachte en poederachtige vormen. Jij ziet de zon opgaan en ondergaan en je voelt dat je breekt in duizend stukjes waarvan het onduidelijk is of ze ooit weer bij elkaar zullen komen. Je breekt in de grond. De seizoenen verglijden – er is kou en er is hitte en er zijn de vier winden die je soms iets komen brengen.

Dan is er die dag dat je het weet: je bent niet meer dezelfde. Er is nergens een spiegel, maar je merkt het aan de reizigers die voorbij komen. Eerst liepen ze achteloos om of over je heen, maar nu blijven ze soms staan. Verwonderd en verward kijken ze naar jou en je ziet jezelf weerspiegelt in hun ogen.

‘Welke stem moet ik volgen?’ vraagt een jonge vrouw en je nodigt haar uit om aan je voeten te gaan zitten.

‘Wacht maar,’ zeg je haar, terwijl ze tegen je aanleunt, uitgeput van haar eigen reis. Lange tijd zeggen jullie niets en dat is goed.  Je hebt de tijd, want je weet dat de grond en het licht geduldig zijn.


Mirjam van der Vegt is stiltetrainer, schrijfster en spreker. Voor Dit Koningskind schrijft ze regelmatig over het thema ‘levend verlies’. Wil je meer informatie over dit thema? Klik dan hier. Voor meer informatie over haar werk of boeken klik hier.

 

Wil jij een optimale website? Dan hebben we wat cookies van je nodig. Pas mijn voorkeuren aan