Terug

Help, mijn kind is doof! – Martin Visser

18-07-2024

De bevalling was gelukkig achter de rug. Alles was goed gegaan. Als gezin vierden ze samen de kraamdagen. Jan en Josien waren blij en dankbaar met de geboorte van Jarin. Op dag 4 kwam er iemand van de Jeugdgezondheidszorg langs. Ze deed ook de gehoortest. Het werd even stil… Jarin hoorde niets. Echt niets! “Hij is doof,” zei de vrouw van de JGZ. Jan en Josien waren verbaasd, want voor hun gevoel reageerde Jarin wel degelijk op hen. Doof? Dat kon toch niet? Maar het was toch echt zo…

Het komt niet zo vaak voor, maar vaker dan je misschien denkt. Wat doet het met je als ouder, als je de boodschap krijgt dat je kind doof is? Je eerste reactie is misschien om te denken dat het nog wel meevalt. Want één van de eerste dingen die je te horen krijgt, is dat er een behandeling mogelijk is. Gelukkig maar! Ja, maar toch. Want er is geen enkele behandeling mogelijk die je kind horend maakt.

Zeker, er zijn mooie technische mogelijkheden die er voor kunnen zorgen dat je kind toch geluiden kan waarnemen. De resultaten van één (of twee) Cochleaire Implantaten (CI’s) zijn vaak heel helpend. En als je kind toch nog wat restgehoor heeft, kan ook een hoorapparaat goed ondersteunend zijn. Overigens kom je als ouders hiermee wel ook voor ingrijpende beslissingen te staan. Daarover schreef ik eerder een blog.

Wat doet het met jou als ouders?

Maar waar ik nu vooral naar wil kijken is wat het met ouders doet als blijkt dat je kind doof is. Sinds ik gebarendominee ben heb ik heel wat verhalen van ouders beluisterd. De titel boven deze blog is voor velen van hen herkenbaar. En dat is begrijpelijk, want er komt (heel) veel kijken bij de communicatie met een doof (of slechthorend) kind. Ten opzichte van horende kinderen vraagt de opvoeding van dove kinderen een flinke extra inspanning. En dat geldt misschien nog wel meer voor de geloofsopvoeding.

Wat is er dan beter (en makkelijker) dan om je dove kind (met CI’s en/of andere hulpmiddelen) zo goed mogelijk te laten aansluiten bij de horende wereld? Dat is wat er in de praktijk vaak gebeurt. Maar is dat ook het beste voor het kind? Ik heb de indruk dat het voor veel ouders meer dan eens lastig is om werkelijk te accepteren dat hun kind doof is. Terwijl dat voor de ontwikkeling van het kind van het allergrootste belang is.

In liefde aanvaarden

Dat ik hierover schrijf heeft twee redenen. Allereerst om ouders van dove kinderen, voor zover dat nodig is, aan te sporen om de doofheid van hun kinderen te zien als onderdeel van hun identiteit. Je kind in liefde aanvaarden betekent ook aanvaarden dat het doof is. Ja, dat vraagt veel (extra) inzet van ouders en van een gezin. Maar het is zó de moeite waard. Uiteraard is ieder kind anders en heeft ieder kind andere behoeften. Maar geef ruimte aan visuele communicatie.

De tweede reden is om alle horenden, voor zover dat nodig is, er van bewust te maken dat onze wereld overwegend uitgaat van horende mensen. Meer ruimte voor dove mensen (en daarmee voor gebarentaal etc.) is een zegen voor hun ontwikkeling en participatie in de kerk en in de maatschappij. Hoe meer we daar met elkaar voor openstaan, des te meer we ouders ook steun geven om hun dove kinderen een visuele opvoeding te geven.

Dove jongeren hebben ik regelmatig zien zeggen: Ik ben doof, maar ik kan alles! Die houding gun ik alle dove kinderen en jongeren (en volwassenen). Dat vraagt iets van hen, van hun ouders en van ons allemaal!


Martin Visser is gebarendominee bij het Interkerkelijk Doven Pastoraat (IDP). Hij spreekt in verschillende gemeentes in Noord-Oost-Nederland. Daarnaast is hij getrouwd en vader van vier kinderen.

Wil jij een optimale website? Dan hebben we wat cookies van je nodig. Pas mijn voorkeuren aan